Over Will

Will Seignette is geboren in 1951 en bracht zijn jeugd door in Wijk aan Zee, het dorp onder de rook van de Hoogovens. In de winter een besloten gemeenschap en ‘s zomers een badplaats met veel Amsterdammers en Duitsers. Hij was misdienaar in de Sint Odulphuskerk en bezocht de Heilig Hartschool waar hij twee keer bleef zitten. Op zijn rapport stond bij de opmerkingen: Will kan het wel als hij maar niet zo zit te dromen.

Hij slaagde in 1969 voor de MULO en in 1971 voor de HAVO. Die volgde hij aan de Bisschoppelijke Kweekschool waar in het najaar van 1969 een revolutie uitbrak in navolging van de bezetting van het Maagdenhuis in Amsterdam. De bezetting en de discussies over de functie van het onderwijs vielen bij Will in goede adolescente aarde en de fascinatie voor het onderwijs zou hij zijn leven lang houden. Zie over die periode van het kweekschoolonderwijs het lekker leesbare stuk van Charles Vergeer een condoom op een aanwijsstok in Onvoltooid Verleden:  http://www.onvoltooidverleden.nl/index.php?id=332 .

Na 14 maanden dienstplicht bij het 45e pantserinfanteriebataljon in de Johan van den Kornputkazerne in Steenwijk vervolgde Will zijn opleiding aan de Experimentele Lerarenopleiding D’Witte Lelie in Amsterdam. Daar vond hij opnieuw een onderwijsinstituut op zoek naar nieuwe ideeën over onderwijs en het was vooral Irène Steinert die hem in contact bracht met de leertheorieën van Vygotsky en Galperin maar vooral met de ideeën van Feuerstein die uitgaat van de mogelijkheden en niet van de beperkingen bij de lerende. De inzichten die Will zich daar eigen maakte bepalen nog steeds zijn visie op de onderwijspraktijk. Zie: http://www.feuersteinkenniscentrum.nl .

Aan het einde van zijn studie in Amsterdam ontmoette hij Wies, tot op heden zijn levensgezel. Ze trouwden in 1977 en hebben twee kinderen, dochter Anouk ( 1987) en zoon Tobias ( 1989).

Na een mislukte studie letterkunde en een aantal freelance jaren bij opleidingsbedrijven kwam hij op 1 februari 1981 in dienst van de Stichting Bevordering Wegenbouw, een landelijk orgaan voor het leerlingwezen van de bedrijfstak Grond- ,Weg- en Waterbouw. Hij begon daar als eindredacteur leerstof en raakte vertrouwd met het leerlingstelsel.

Als adjunct directeur leerlingwezen gaf hij vanaf 1987 verder vorm aan de opleidingen binnen de leerbedrijven en als hoofd ontwikkeling bouwde hij tussen 1993 en 2000 aan de kwalificatiestructuur voor de bedrijfstak GWW. Als beleidsmedewerker voor directie en bestuur gaf hij daarna vorm aan het bedrijfstakbeleid voor de scholing van jongeren en werkenden in de sector en bereidde hij in 2005 de fusie voor tussen SBW en Bouwradius, daarna samen Fundeon geheten.

In 2006 stapte Will over naar de vereniging Colo, die na de fusie met de 17 kenniscentra verder ging als Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Daar ontwikkelde hij een aantal instrumenten op het terrein van regionalisering, beroepenoriëntatie, arbeidsmarktinformatie en EVC.  Ook organiseerde hij studiedagen en de bijdrage aan de jaarlijkse conferentie MBOcity.

Vanaf 2009 was hij betrokken bij de arbeidstoeleiding van de participatiedoelgroep en van 2010 tot 2017 was hij projectleider van Boris. Hij organiseerde met het voortgezet speciaal onderwijs en met het praktijkonderwijs het gebruik van de kwalificatiestructuur en de leerbedrijven bij de uitstroom naar arbeid voor jongeren die geen startkwalificatie kunnen halen. Met de bedrijfstakken zette hij het praktijkloket op van waaruit jongeren praktijkverklaringen kunnen krijgen voor de werkzaamheden die ze beheersen.  Zie: http://www.borisbaan.nl . In 2017 is het project afgerond en mag Will met pensioen.